Nieuwkoopse Plassen

 

Uniek Natuurgebied

Het Nieuwkoopse plassengebied is een uniek natuurgebied van internationale waarde. Het gebied is één van de laatste restanten laagveennatuur in West-Nederland. Het behoort tot de Ecologische Hoofdstructuur van Nederland en het is door Europa aangewezen als beschermd gebied in de Habitat- en Vogelrichtlijn. Sinds 2015 zijn de Nieuwkoopse plassen en de Haeck een Natura 2000 gebied. Dat houdt in dat er bijzondere flora en fauna voorkomen die voor de Europese landschaps- en natuurwaarden van grote betekenis zijn en beschermd moeten worden.

Het gebied bestaat uit moerasbossen, rietlanden, weilanden en waterpartijen met een grote verscheidenheid aan vogel en plantensoorten. Het onderscheidt zich van de andere plassengebieden in West-Nederland vanwege de rust, het gevarieerde landschap en de bijzondere natuur. Behalve natuurgebied zijn de Nieuwkoopse Plassen ook een belangrijk recreatiegebied.

 

Veenafgraving

De Nieuwkoopse Plassen zijn net als de Loosdrechtse en Vinkenveense plassen ontstaan door veenafgraving. Naast de afgravingen ( petgaten) ontstonden de zogenaamde legakkers waarop het veen indertijd te drogen werd gelegd. Dit is ook nu nog goed te zien aan de vele langgerekte eilandjes en rietkragen.

De gaten van de turfwinning (tussen 1770 en 1900) zorgen voor open water (zeer goede waterkwaliteit met kranswieren erin) wat een heleboel vogels fijn vinden. Zo kan je hier aantreffen de rietzanger, ransuil en wielewaal. Heel fotogeniek met die prachtige grote waterlelies.

 

 Flora

Over de plantjes valt te zeggen dat er hier nogal wat zeldzame en bijna uitgestorven soorten te vinden zijn. Om er een paar te noemen: gele lis, dotterbloem, pijpestrootje, zonnedauw, knotszegge, zachte berk, gagel en echte valeriaan en alle soorten veenmosjes

 

 Broedgebied

Volgens het aanwijzingsbesluit (1997) onderscheiden de Nieuwkoopse Plassen zich in de eerste plaats als broedgebied voor water- en moerasvogels. Zeldzame en/of karakteristieke soorten die hier voorkomen zijn onder andere de roerdomp, krakeend, kuifeend, tafeleend, bruine kiekendief, waterral, wulp, grote karekiet, rietzanger, snor en sprinkhaanrietzanger. De rietgors en kleine karekiet komen in grote aantallen voor. Er zijn broedkolonies van blauwe reiger, purperreiger, visdief, zwarte stern en kokmeeuw. De broekbossen zijn van betekenis als broedgebied voor diverse bosvogels.

De Nieuwkoopse Plassen behoord tot één van de vijf belangrijkste broedgebieden voor de purperreiger, zwartkopmeeuw en zwarte stern.

Het gebied is ook van betekenis voor de  roerdomp (broedvogel); grote zilverreiger en kleine zwaan (niet-broedvogel). Andere trekkende soorten waar behoorlijke aantallen van voorkomen zijn de snor, rietzanger en grote karekiet (broedvogels); smient en krakeend.

 

Doortrekkers en Wintergasten

Het plassengebied heeft voor tal van doortrekkers en wintergasten een belangrijke functie als pleisterplaats. Vooral rietgans, wilde eend, slobeend, smient, kuifeend, tafeleend en meerkoet verblijven hier gedurende de wintermaanden. Soorten die gedurende de trekperiode in voor- of najaar regelmatig worden waargenomen zijn lepelaar, visarend, ijsvogel en goudplevier.